Opdrachtbeschrijving
De opdracht beslaat drie onderdelen. Ofschoon deze opdracht een sterk technologisch karakter bevat, draait deze vooral om de behoeften en vragen aan de business zijde (mens en organisatie).
Onderdeel 1- Werkplekvarianten
EZK en LNV hebben een vernieuwde digitale werkomgeving (de Cloud Werkplek). Onder de Cloudwerkplek (CW) vallen de gemeenschappelijke (office- en communicatie) functionaliteiten die iedere EZK-LNV medewerker krijgt ter ondersteuning bij het uitvoeren van hun taken. Deze functies worden beschikbaar gesteld in een virtuele omgeving. CW zorgt naast de software voor toegang, opslag en beveiliging en een shortlist van zgn. ‘managed’ hardware.
Momenteel zijn er diverse werkplekvarianten (virtueel, hardware varianten). Vanuit de gebruikersorganisatie is momenteel geen goed zicht op wat en waarom we elke variant hebben en wat de behoefte van de gebruikers is. Tevens moet gekeken worden naar de behoefte van speciale doelgroepen. Wat en wie zijn onze speciale doelgroepen en kunnen we daar al een vereenvoudiging bereiken ter voorbereiding van de vernieuwdewerkplek.
Onderdeel 2 – plug-ins
Binnen de Cloud Werkplek worden ook specifieke applicaties ontsloten die bijv. één bedrijfsproces van een of meerdere afnemers ondersteunt. Voor een optimale werking vragen deze vaak om (maatwerk) integratie met de generieke functionaliteiten (applicaties) van de CW, zgn. plug-ins. Deze behoefte, vanuit met name afnemers (ihkv gebruiksvriendelijkheid / effectiviteit), staat voortdurend op gespannen voet met de noodzaak (en huidig beleid) om zo generiek mogelijk te blijven. Want hoe generieker de Cloud Werplek, hoe eenvoudiger, goedkoper, beheersbaarder o.a. het Life Cycle Management is en blijft. Echter een hele generieke werkplek voldoet beperkt aan de klantwens. Beleid vertelt ons om geen gebruik te maken van plug-ins, echter ontbreekt het nog aan een goede feitelijke analyse van de huidige situatie, die bijv. keuzen om het beleid aan te scherpen of losser maken bemoeilijkt. Het ontbreken van dit beeld maakt ook dat het nu lastig in te schatten is of het aantal plug-ins (i.v.m. grote risico’s/kosten) nu al actief moet worden gereduceerd en wat de impact daarvan is. Dit vergt verder onderzoek van de huidige werkplek onafhankelijkheid en de (feitelijke) risico’s die de huidige plug-ins met zich meebrengen.
Onderdeel 3 – Legacy applicaties
Het applicatielandschap bestaat uit verschillende soorten applicaties. Gevraagd wordt om een overzicht van applicaties met onderscheid tussen de verschillende soorten, zoals legacy en SaaS. Daarnaast wordt er gevraagd om een advies met betrekking tot de legacy applicaties in de moderne werkplek. Met daarbij een focus op uitfaseren of compartimenteren (mogelijk op basis van Cloud technologie). Dit wordt gedaan in samenwerking met DICTU (technische levernacier).
Achtergrond opdracht
De ministeries van EZK en LNV en onderliggende dienstonderdelen (o.a. RVO, NVWA, RDI, SODM, etc.) maken allen gebruik van een generieke (ICT) werkplekvoorziening die geleverd wordt door de eigen Dienst ICT Uitvoering (DICTU). De generieke regie op deze werkplekvoorziening is in handen van de Directie Bedrijfsvoering van het kerndepartement EZK. Inmiddels maken hier ca. 20.000 medewerkers, verdeeld over het hele land en soms zelfs daarbuiten dagelijks gebruik van. Met de implementatie van Microsoft 365 heeft EZK/LNV de afslag naar de cloud genomen. Zowel techniek als klant zien graag een verdere doorontwikkeling van een duurzame en toekomstbestendige, generieke, werkplekvoorziening. In 2024 zal er gewerkt gaan worden aan een nieuwe visie op de moderne digitale werkplek. Uitdagingen daarbij zijn informatiebeveiliging, informatiehuishouding, de legacy omgeving en overige ontwikkelingen (denk aan Rijksbeleid, innovatietrajecten, externe omgevingsfactoren, veranderende en uiteenlopende klantwensen etc.). Voor een goede visievorming van de moderne werkplek is kennis van de wensen van de organisatie noodzakelijk. Denk hierbij aan input vanuit de verschillende dienstonderdelen met ieder hun functionele wensen. Verder zijn beleid en kaders op Rijksbreed en Ministerie niveau bepalend. Dit zal moeten worden vertaald naar de gevolgen voor de moderne digitale werkplek en het gebruik en inrichting ervan. Denk hierbij o.a. aan beleid op gebied van informatiehuishouding, zoals de WOO en de archiefwet. Maar ook vanuit informatiebeveiliging en het Cloudbeleid. Directie
Bedrijfsvoering
In 2024 zal er gewerkt gaan worden aan een nieuwe visie op de moderne werkplek. Onderdeel van deze visie is het bepalen van een basis waarop verder gebouwd kan worden. Voor het vormen van deze basis zijn er verschillende aspecten die eerst onderzoek vragen. Het benodigde onderzoek in deze opdracht beslaat drie onderwerpen; de werkplekvarianten, legacy applicaties en plug-ins. Het vormgeven van deze visie vormt geen onderdeel van deze opdracht.
Werk- en denkniveau (algemeen en specifiek)